Hij is 24 jaar, mondig, rijdt voor Intermarché-Circus-Wanty, combineert wielrennen met studies geneeskunde en speelt last but not least wielermanager. Dat kan niemand anders dan Rune Herregodts zijn. Vorig jaar eindigde de inwoner van Lokeren knap in de top 200 van de Tourmanager, nu staat hij voor zijn debuut in de klassieke versie.
Foto: Cor Vos
Je bent net terug uit Portugal. Ben je tevreden over je prestaties daar?
In de Figueira Champions Classic was ik tweede en in de Algarve reed ik tweemaal top tien. Strijden voor de overwinning tegen renners van zulk hoog niveau in een periode waarin iedereen in conditie begint te geraken, maakt me enorm blij. Ik vind de Ronde van de Algarve eigenlijk ideaal in vergelijking met de Ruta del Sol. Daar zijn er elke dag veel langere verplaatsingen tussen de ritten. Ook hoorde ik van de renners ter plaatse en zag op hun Strava dat de etappes van start tot finish slopend waren. In de Algarve lag het zwaartepunt meer op het einde. Een te lastige koers is soms ook niet goed om conditie te kweken. Kijk naar de Tirreno van twee jaar geleden…
Welke renners zijn je in die koersen opgevallen?
Iedereen heeft op televisie gezien hoe sterk Tom Pidcock was, maar dat gold eveneens voor ploegmaat Filippo Ganna. Zijn tijdrit was misschien een tikkeltje minder, maar hij heeft op de andere dagen echt sterk gereden. In een etappe ontsnapte Ganna met een klein groepje op twintig kilometer van het einde. Met een gemiddelde snelheid van 60 kilometer per uur kon het peloton hen nog net terughalen. Ik heb niet vaak over die afstand op het vlakke zo snel gereden.
In Figueira was ik op stap met Rémi Cavagna. Nu weet ik waarom ze hem de TGV noemen. Jammer voor de wielermanagers dat hij nauwelijks aan de start komt van een voorjaarsklassieker die meetelt. Dan is er nog Nils Politt die in de Algarve misschien geen uitslag gereden heeft, maar de etappes volledig als training aanpakt. Hij was in dienst van de ploeg op kop aan het rijden, terwijl ze in zijn wiel zaten te puffen. Politt is niet elke keer in de finale van een klassieker aanwezig, maar ik ga niet verbaasd zijn als hij eens een grote koers wint.
Met de Omloop Het Nieuwsblad, Kuurne-Brussel-Kuurne en de Strade Bianche staan er drie klassiekers op je programma. Wat zijn de ambities?
De Strade is sowieso de zwaarste van de drie. Het is meer een klimkoers geworden, kijk maar naar de uitslagen van de voorbije jaren. Ik wil zien hoe ver ik kan geraken. In het openingsweekend starten we met een breed blok. Het is zaak om in elk scenario iemand mee te hebben. Die koersen zijn misschien nieuw voor mij, maar ik hoop ergens in de voorfinale met een groep mee te kunnen zijn. Teunissen is onze kopman in de Omloop en ik hoop hem daar zo goed mogelijk bij te staan. Hij reed in de Algarve alvast sterk rond.
Zal de ploeg volledig in functie van Biniam Girmay rijden of staat Mike Teunissen gelijk in de pikorde?
Het de bedoeling om met de ploeg een zo goed mogelijke uitslag te rijden. Girmay is heel snel, dus het is logisch dat vrij vlug zijn kaart zal worden getrokken. Na zijn overwinning in Gent-Wevelgem en een dichte ereplaats in de E3 kunnen we niet rond hem heen. Een aantal renners die hem moeten ondersteunen, kunnen in bepaalde scenario’s ook zelf winnen. Dat zou even mooi zijn natuurlijk.
Van wie verwacht je nog iets binnen de ploeg?
Hugo Page en Sven Erik Bystrom zijn twee namen die in de klassiekers wel eens kunnen presteren. Al is Page geen verrassing meer (lacht). Hij reed al goed op het einde van vorig seizoen en heeft dat de voorbije weken doorgetrokken. Bystrom was op stage en in koers heel sterk. In de Cadel Evans Great Ocean Road Race was hij de beste van iedereen op de klim. Zowel Page als Bystrom gaan een mooi klassiek programma rijden.
Wat heeft Rui Costa gegeten? Na al die jaren komt hij bij Intermarché boven water. Zelfs een sprint is geen probleem voor hem.
Winst in Mallorca, een etappe en het eindklassement in Valencia en ereplaatsen in de Algarve. Fenomenaal. Als hij met deze benen aan de start komt van de Ardennenklassiekers, dan zit een topnotering er zeker in. Bij UAE had Costa de laatste jaren eerder een dienende rol. Nu heeft hij die vrijheid terug en begint hij regelmatig als kopman. Hij leeft op zijn 36ste heel relaxed naar koersen toe. Met zijn palmares moet niets meer. Hij kan zich goed plaatsen in het peloton en de killersmentaliteit is er nog steeds. Hij durft in een kopgroep ook te pokeren voor winst. Naar het einde toe niet meer overnemen, terwijl andere (jongere) renners dat misschien wel nog zouden doen met oog op een podiumplaats.
“Als Rui Costa deze benen nog heeft in de Ardennen, dan zit een topnotering er zeker in”
Van je wielerploeg naar je wielermanagerploeg. Heb je lang gepuzzeld?
Kobe Goossens lag samen met mij op de kamer en heb hem gevraagd om te helpen. Ik heb ook naar de podcast Kopman geluisterd. Het spel is gemaakt om mensen te doen twijfelen, maar ik heb geprobeerd er niet te veel tijd aan te spenderen. Een halfuurtje ongeveer. Het is lastig om keuzes te maken, maar leuk om erover na te denken. Ook voor mezelf. Wie moet ik in koers in de gaten houden?
Kobe Goossens mocht dit jaar in Mallorca al tweemaal de handen in de lucht steken. Helpt hij ploegmaat Rune Herregodts nu naar de wielermanageroverwinning? (Foto: Cor Vos)
Wout van Aert, Van der Poel en Pogacar staan in je team, maar geen spoor van Pidcock?
Neen. Pidcock rijdt veel koersen, maar hij is de minst constante van de vier. Hij heeft altijd wel eens een offday. Pidcock is ook meer en meer de switch naar klimmer aan het maken, denk aan zijn overwinning op Alpe D’Huez in de Tour van vorig jaar. Deze winter stonden er een paar indrukwekkende bergritten op Strava. In het voorjaar heb je toch wat body nodig. Misschien ziet hij de klassiekers niet als hoofddoel en denkt hij meer aan de grote rondes.
Verder ben je voor snelle mannen De Lie, Philipsen, Girmay, Matthews en Pedersen gegaan.
Arnaud De Lie ligt voor de hand. Fantastisch hoe hij aan het rijden is. Jasper Philipsen neemt heel veel klassiekers voor zijn rekening en is meestal de enige sprinter binnen zijn ploeg, terwijl je bijvoorbeeld binnen Soudal Quick-Step met Fabio Jakobsen én Tim Merlier zit. Die kunnen maar in de helft van de koersen scoren. Girmay staat misschien in niet zoveel koersen aan de start, maar kan overal winnen. Hij gaat er overal dichtbij zijn.
Ook Michael Matthews doet overal mee. Kijk maar naar zijn klassieke uitslagen in de voorbije jaren en zijn etappezege op een lastig terrein in de voorbije Tour. Hij heeft het in zich om de Ronde van Vlaanderen te winnen. Met de komst van Groenewegen binnen die ploeg kan hij zich meer als klassiek renner en rittenkaper ontwikkelen, want op die manier moet hij niet meer alle massasprints in kleine rondjes doen. Voor mij zou het gewoon al goed zijn als hij in een aantal klassiekers tweede wordt (lacht). Trouwens, ik heb van renners in Bessèges gehoord dat Madds Pedersen heel indrukwekkend was. Hij verloor een sprint van De Lie, maar nam onder andere in een waaier indrukwekkende beurten voor zijn rekening en won de tijdrit. Dat liegt niet. Het is zwart of wit bij hem, maar ik heb er vertrouwen in.
“Matthews heeft het in zich om de Ronde van Vlaanderen te winnen”
Je hebt ook duidelijk gekozen voor een aantal renners die sterk aan dit jaar begonnen zijn. Naast Page en Bystrom hebben Turner en Milan een plaats in je ploegje gekregen.
Bij Ineos was Ben Turner samen met Dylan van Baarle heel constant vorig jaar. Als hij dat kan doortrekken, gaat hij in veel finales meedoen. Milan kan zich in de sprintkoersen uitleven. Hij kan zich heel goed plaatsen en durft zijn ellebogen te zetten om het licht uit te drukken. Je kan natuurlijk niet weten of hij nu al de inhoud heeft voor een koers als Gent-Wevelgem. Als hij over de Kemmelberg geraakt, dan is het iemand om in de gaten te houden.
Naast De Lie heb je voor nog twee pionnen van Lotto-Dstny geopteerd: Campenaerts en Van Eetvelt
Als Victor Campenaerts zich ergens op focust, dan komt het vaak goed. De enige valkuil is dat hij soms voor De Lie gaat moeten werken. De koersen op zijn programma liggen hem als gegoten. Hij heeft echt getraind op zijn punch. Als je dat wapen hebt... Indrukwekkend wat je soms op Strava ziet van hem. Hij is er zo mee bezig...
Ik moest nog een goedkoop iemand hebben voor de Ardennen en ben voor Lennert Van Eetvelt gegaan. Hij maakte een sterk debuut in Mallorca, ook de Jaén Paraiso Classic mocht er ondanks een val zijn. Brent Van Moer is ook goed aan het seizoen begonnen, maar heeft niet die sprint. Hij klimt wel sterk, zeker voor iemand met zijn gestalte. Hij gaat een mooi voorjaar rijden.
Ik zie eveneens drie mannen van Arkea-Samsic: Dekker, Vauquelin en Louvel.
Matis Louvel neem ik sowieso. Vorig jaar won hij op indrukwekkende wijze de Druivenkoers. Hij was de beste, terwijl er veel goede renners zoals Van der Poel aan de start stonden. Ook zijn uitslagen in het voorjaar waren in orde. Verder dacht ik aan David Dekker, omdat ik nog een snelle renner zocht. Hij is goed op dreef op dit moment en kan van alle sprinters binnen de ploeg misschien het langste overleven in een zwaardere koers. Kévin Vauquelin had ik al in mijn ploeg staan vooraleer hij vorige week de Tour des Alpes Maritimes du Var won. Nu twijfel ik, omdat zijn programma beperkt is. Er is misschien een beter alternatief.
Tot slot heb je voor Honoré gekozen, alsook voor verrassende namen Penhoët en Piccolo.
Mikkel Honoré is bij Quick-Step vertrokken om meer zijn eigen kans te mogen gaan in de kasseiklassiekers. Dat getuigt van ambitie. EF Education heeft al meer koersen gewonnen dan heel vorig jaar. Ik heb een interview met Magnus Cort Nielsen gezien. Hij was heel content van het materiaal en het performancepakket, net zoals wij binnen de ploeg. Ik heb zelf gevoeld wat het kan betekenen als alles in orde is… Honoré rijdt een mengeling van Italiaanse, Vlaamse en Ardennenklassiekers. Hij is zeker niet duur en heeft geen echte kopman boven zich staan.
Maakt Honoré komaf met de traditie dat vertrekkende renners bij Quick-Step bij hun nieuwe ploeg minder presteren? (Foto: Cor Vos)
Verder heb ik getwijfeld tussen Paul Penhoët en Samuel Watson van FDJ. Ze zijn een beetje dezelfde types: snel en jong. Het is alleen niet duidelijk welk programma ze rijden, dus een wissel kan zich nog opdringen. Op het vliegtuig zat ik langs Madis Mikhels van de ploeg. Hij is negentien jaar en kent de mannen beter dan ons. “I’m in doubt about Madis Mikhels and Samuel Watson”, zei ik. Hij antwoordde:“You need to take Penhoët, he’s better in the hard courses.” Je ziet, ik ben zelfs in de lucht met wielermanager bezig. Ik moest Mikhels het spel wel uitleggen, want hij dacht eerst dat het een gokspel was (lacht).
Andrea Piccolo heeft vorig jaar bij drie ploegen gezeten: Gazprom, Androni en EF Education. Dat is niet ideaal, maar bij EF Education heeft hij sterke resultaten gereden. Hij mag misschien de Waalse koersen rijden en kost niet veel.
Heb je voor alle wielermanagers nog wat namen binnen Team Flanders-Baloise, je vorige ploeg, om te overwegen?
In een artikel van Sporza stond Milan Fretin vermeld. Hij is snel en iemand die zich zeer goed kan plaatsen. Handig, want veel koersen op wielermanager draaien op een sprint uit. Ook Lindsay De Vylder kan misschien en stap zetten, net zoals hij deze winter op de piste gedaan heeft. Kamiel Bonneu was vorig jaar één van de beteren binnen de ploeg. Als neoprof reed hij een mooi resultaat in de Volta Limburg Classic en de Waalse Pijl. Al verwacht ik hem misschien eerder in de kleinere rondjes dan in de klassiekers. Hij was trouwens de eerste renner binnen het team die ooit vanuit het peloton een aankomst bergop won. In de Ronde van Tsjechië waren mannen bij die wat later de Vuelta gereden hebben, hè. Een heel straffe prestatie. Ik had toen de eerste rit gewonnen, hij de derde. We voelden ons de koningen van Tsjechië (lacht).
__________________________________________________________________________________
Comments